Een hilligenbacker vormde rond een origineel beeldje, een mal van klei, bestaande uit een voor en achterkant.
Beide delen werden met een pen/gat verbinding samengevoegd. De mallen werden gedroogd en daarna door de plaatselijke pottenbakker gebakken.
Om dit proces te kunnen uitvoeren had men een origineel of oermodel nodig. Deze zijn nergens gevonden. Het is echter wel duidelijk dat deze niet van pijpaarde gemaakt werden omdat dit materiaal moeilijk te boetseren is.
Daarom wordt ervan uitgegaan dat de originelen van was gemaakt werden. Uiteraard was dit bijenwas.
In de mal werd een dunne laag klei geperst. De klei werd goed aangedrukt zodat alle details in de mal doordrongen. Hierna werd een dikkere laag klei aangebracht die met een spatel werd bijgewerkt. De beide delen werden samengevoegd en enige tijd gedroogd om te voorkomen dat het beeld zijn vorm verliest bij het lossen uit de mal.
Het gebruik van mallen duidt op serieproductie. Dit is zeker aantoonbaar voor de kleinere exemplaren.
Van verschillende heiligen zijn meerdere, identieke beelden teruggevonden
Tweedelige mal van Mariabeeld, origineel van boetseerwas en het drukken van een mal. (eigen productie)
zie verder: